Fuerteventura heeft naaktstranden zover het oog reikt.
De stranden van het schiereiland Jandía zijn eigenlijk een verhaal met 2 kanten.
Van het drukke en relatief beschutte zand van de oostkust wat gemakkelijk te voet te verkennen is vanaf Costa Calma, tot de wilde en ruige kustlijn van de westkust. En het mooie is dat je van deze stranden ook naturistisch kunt genieten.
De in Engeland geboren Karie Jane, inwoner van Fuerteventura en sinds 9 jaar eigenaar van het BHH Naturist Resort, beschrijft de vele mogelijkheden voor naturisten die ze aan beide kanten van het zuidwesten van het eiland is tegengekomen.
Rust aan de oostkust
Costa Calma ligt op het schiereiland Jandía, dit is de toegangspoort tot enkele van de meest verbazingwekkende naturistische ervaringen ter wereld. Er is een strand voor elk denkbaar type naturisme, en daarnaast zijn er een aantal prachtige wandelingen te maken in de wildernis waar kleding optioneel is. Voeg daar de accommodatie van BHH Naturist Resort aan toe en je hebt het perfecte recept voor een echte naturistenvakantie.
Dit schiereiland Jandía is een smalle landtong, maar het biedt wel een grote diversiteit aan landschappen. Het is een plek met extreme contrasten: van dichtbevolkte naaktstranden aan de ene kant tot de kilometerslange woestijnwildernis aan de andere kant. Het is moeilijk te zeggen aan welke kant ik de voorkeur geef, ik breng al mijn dagen naakt door aan beide kusten en ze worden alleen maar mooier bij elk bezoek.
De gemakkelijkste plek om te beginnen is de kalme en beschutte oostkust, met zijn uitgestrekte stranden van zacht goudkleurig zand en ondiep blauw water. De naam Costa Calma weerspiegelt uitstekend deze rustige omgeving en is het perfecte begin van deze lange reeks van prachtige kustlijnen. Vanaf de laatste twee baaien aan de zuidkant van de stad heb ik naakt langs elke meter van deze stranden gelopen, helemaal tot aan de prominente vuurtoren bij de laatste nederzetting van Morro Jable.
Deze kustlijn van totaal ongeveer 18 kilometer is een prachtige mix van vlakke stranden, zwarte kliffen, beschutte lagunes en uitgestrekte zandduinen. Bijna overal zie je naaktrecreanten, afgezien van bij een paar resorthotels, en zelfs daar kun je een of twee ligbedden zien die bezet zijn door naakte zonaanbidders.
Costa Calma, hier begint het naturisme pas echt net voordat je de stad hebt verlaten. De laatste twee baaien - als je naar het zuiden gaat - liggen onder grote hotelcomplexen, en zijn grotendeels bezet door Duitse toeristen en meestal naturisten op de momenten dat ik er ben geweest. De baaien zijn elk ongeveer 200 meter lang en perfect beschut door rotsachtige landtongen; ze zijn gemarkeerd voor naturisten aan het ene uiteinde en textilisten aan de andere kant. In de praktijk zijn er op een warme dag veel meer naturisten dan textilisten langs deze drukke baaien, een mooie mix die het decor vormt voor de uitgestrekte kilometerslange kustlijn verder naar het zuiden.
Verschillende delen van deze lange kustlijn hebben hun eigen naam gekregen, hoewel het in de praktijk niet meer is dan één lange zandstrook met onderweg een paar rotsachtige landtongen. De hele kust wordt soms Playa Sotavento genoemd, en gedeeltes hiervan worden genoemd naar de dorpen of hotels erachter.

Als je voorbij de hoek van de laatste landtong aan het einde van Costa Calma komt, zie je een andere lange baai die populair is bij naturisten, Playa Esmeralda, met een diep achterland van struiken en zacht glooiende zandduinen die onderdak bieden aan tientallen naturisten.
Als je vindt dat dit strand er groot en open uitziet in vergelijking met de baaien in de stad, dit is absoluut niets vergeleken met het volgende stuk kustlijn. Het woord 'uitgestrekt' is nauwelijks sterk genoeg om de eindeloze hectares brede zandstranden te beschrijven, een 4 kilometer lange kuststrook die vaak wordt aangeduid als Playa Gorriones. Bij eb is dit strand bijna 800 meter breed; een vlak woestijnlandschap dat overstroomt met zeewater en bij vloed een kalme lagune vormt.
Het water hier is zo veilig dat je een groot windsurfcentrum aan het uiteinde van Playa Gorriones aantreft, bij een kleine groep van vakantieappartementen in een plaats genaamd Risco del Paso. Aan de achterkant van het strand zijn hier twee enorme zandduinen ontstaan, die beschutting bieden aan de zonaanbidders en een mooi uitkijkpunt vormen van waaruit je uitkijkt over de kleurrijke mix van goudkleurig zand, turkoois water, gebronsde naturisten en veelkleurige zeilen.
Dit gedeelte van het strand eindigt waar de zwarte kliffen verticaal naar beneden storten in het zachte zand. Als je loopt, bevind je je op dit punt op ongeveer 8 kilometer afstand van Costa Calma, bijna halverwege Morro Jable. Dit brede strand maakt plaats voor een meer rotsachtig stuk kust, het eerste punt waar een paar sandalen handig zullen zijn totdat je uitkomt op weer een ander breed strand, onder de verlaten bouwplaats van Mal Nombre. Een eenzaam strandrestaurant hier, de Tierra Dorada, is een van de weinige plekken om eten te kopen aan de kust zelf, een vriendelijk etablissement waar gasten tevreden uitkijken over het diepe gouden zand.
Als je verder naar het zuiden gaat - rond een andere landtong – kom je aan het begin van een relatief druk stuk kust, een lange lint van hotelcomplexen die bekend staan als Esquinzo. Zelfs hier, met het grotere aantal zonaanbidders, blijven naturisten goed vertegenwoordigd langs het grootste deel van de kust, en verzamelen zich in een laatste baai met een ligbedden-gedeelte die worden gebruikt door de gasten van twee enorme hotelcomplexen. Af en toe mengt zich een naturistenzonnebader tussen de textielmeerderheid.
Voorbij Esquinzo wordt de kust weer rustiger; de steile rotswanden aan de achterkant van de stranden houden de drukte op afstand totdat de kust meer open wordt, dit is naast een ander groot hotelcomplex, in Piedras Caidas. Zelfs op een warme dag heb ik nog niet meer dan een of twee naturisten gezien tussen de drukte, een kort maar dichtbevolkt stuk van dit strand met in het midden nog een windsurf- en zeilcentrum.
Vanaf hier krijg je een laatste weids uitzicht van zand dat zich helemaal uitstrekt naar het zuiden tot aan de vuurtoren in Morro Jable. Het is te uitgestrekt om echt druk te zijn; je vindt hier regelmatig naturisten die genieten van de ruimte en vrijheid.
Wildernis aan de westkust
Hoe anders is de westkust tussen de zwarte bergen en de donderende branding, wat een tegenstelling met de kalmere wateren en drukkere stranden aan de andere kant van het schiereiland. Het is zo kaal als elk landschap maar kan zijn. Ontdaan van vegetatie, hotels, ligbedden en mensen, zijn de ruige kusten en bergen van Fuerteventura enkele van de laatste echt naakte plekken op aarde. Waar anders kun je een hele dag langs een warm, zonnig strand lopen zonder iemand anders tegen te komen?
Er zijn vulkanen om te beklimmen, kliffen om over te turen, diepe poelen in de rotsen om in te duiken en eindeloze stukken verlaten zand. Ik heb hier nooit een stuk kleding gedragen tijdens al mijn verkenningen en heb alleen mensen in de verte gezien, of helemaal niet.

Het mooiste van alles is dat deze wilde westkust te voet bereikbaar is vanaf Costa Calma. Je hoeft alleen maar over het schiereiland te lopen, de snelweg over te steken via een onderdoorgang en ongeveer drie kilometer door te lopen over een vlak landschap van zand en rotsen. Al snel kijk je uit over de eindeloze uitgestrektheid van de westelijke Atlantische Oceaan, waarvan de golven aan komen donderen en met angstaanjagende kracht tegen de rotsachtige kust botsen. Als je rechtsaf slaat en naar het noorden gaat, bereik je na een paar kilometer het surfersparadijs La Pared, een van de weinige plaatsen hier waar het relatief veilig is om vanaf de zwarte zandstranden te zwemmen.
Als je linksaf slaat ga je richting het betoverende uitzicht van wilde stranden en zwarte bergen, het rondspatten van de beukende branding bedekt de verste uithoeken in een waas van mysterie en avontuur. Ik heb ooit van 's ochtends vroeg tot zonsondergang langs deze kust gelopen, meer dan 32 kilometer aan bergpaden en open strand, en ik heb de hele dag niemand gezien. Op een gegeven moment hoorde ik een licht gezoem van een vliegtuig langs de andere kant van de bergen, maar ik heb het nooit gezien.
Na twee uur al slingerend wandelen langs de berghelling boven duizelingwekkende kliffen en uitgestrekte duinen, daalt het ruige kustpad plotseling in het zand neer, een vergezicht van goud dat vervaagt in een verre waas van opspattend water. Dit eerste deel van het strand heet Barlovento, terwijl aan het eind een enkel ruig pad zich een weg baant naar het kleine dorpje Cofete, dat zijn naam ontleent aan dat stuk kust. In totaal is de hele zandige kustlijn hier ruim 14 kilometer, een plek waar alleen de zielige mix van wrakstukken en juttersbuit je enige herinnering kan zijn dat er andere mensen bestaan. En als je andere strandgebruikers tegenkomt, is de kans groot dat ze ook naakt zijn; zwemkleding is bijzonder zinloos op zo'n afgelegen locatie.
Kilometer na kilometer zand strekt zich uit in beide richtingen en komt uiteindelijk tot een gedenkwaardig einde door de merkwaardige natuurlijke rotsformatie die bekend staat als de Roque del Moro, een vinger van zwart vulkanisch basalt die op de een of andere manier het meedogenloze beuken van de golven heeft overleefd.
Het hele zuidelijke uiteinde van het schiereiland wordt doorsneden door een smalle bergkam van zwarte bergen. De onheilspellende hellingen van zwarte rotsen kun je op een paar punten oversteken mocht je verder naar het zuiden van Costa Calma een wandeling van kust tot kust wilt maken. De hoogste top van deze afbrokkelende kliffen reikt tot 812 meter, terwijl de bergpas waar ik normaal gesproken de bergketen oversteek een veel beter beheersbare 250 meter hoog is. De wandeling begint met het volgen van een opgedroogde rivierbedding helemaal naar de top van de bergpas voordat je de afdaling krijgt naar het afgelegen strand van Barlovento. Als je geïnteresseerd bent om deze route te verkennen, zoek dan op Google de Barranco de Pecenescal op: dit is de naam van de rivierbedding die de eerste helft van de wandeling volgt. Je kunt ongeveer anderhalve kilometer rijden vanaf de hoofdweg naar het begin van deze vallei en parkeren naast een ogenschijnlijk niet meer in gebruik geitenverblijf en boerderijgebouwen.
Hier kun je wandelen over het pad – met niet teveel stijging - door een kronkelende en meestal droge rivierbedding: je kunt niet verdwalen omdat er maar één vallei is. Op de top staat een grote kegelvormige steenhoop en een wegwijzer om de top van de bergpas te markeren, waar je kunt pauzeren voordat je doorloopt naar het adembenemende uitzicht aan de andere kant. Net over de rand van deze bergkam storten de kliffen naar beneden in een steile helling van zwarte rotsblokken, levendige rode en witte vulkanische gesteente en smalle ravijnen naar deze wilde kust; het is bijna buitenaards door de prachtige geïsolateerde ligging. Een smal pad slingert zich een weg naar beneden naar het zand, dit is meer klauteren dan het pad door de rivierbedding is als je omhoog gaat.
Dit strand aan de westkust zou een overspoeld vakantieparadijs zijn, ware het niet voor de onoverwinnelijke branding en de steile bergketen aan weerszijden. Er is geen andere toegang langs de kust dan te voet vanaf beide kanten, en misschien heb je het strand wel helemaal voor jezelf.
Van de drukke naaktstranden van Costa Calma en de naturisten vriendelijke accommodatie van BHH Naturist Resort tot de absolute eenzaamheid, met elk type strandervaring ertussenin. De enige moeilijkheid die ik ooit heb, is om elke dag beslissen waar ik nu weer heen ga.
Geschreven door Karie Jane van BHH Naturist Resort (vertaald door Tessa de Jong-Severijns)